Geïnspireerd door het succes de ‘muziekcursussen’ van de laatste jaren wil de werkgroep CCD dit jaar ook zoiets proberen met literatuur.
Dus geen muzikale klanken, maar verklankte taal, ofwel poëzie.
De taal van de poëzie kan, evenals muziek, een mens ontroeren en vervoeren. Het brengt ervaringen onder woorden, waar eigenlijk geen taal voor bestaat.
Niet alle gedichten zijn even toegankelijk en zijn daarmee aanleiding tot discussie.
Jan Kristen (neerlandicus) gaat dit seizoen letterlijk en figuurlijk een boekje opendoen over het hoe en wat van poëzie en andere literatuur, beginnend met de dichter H.H.ter Balk.
De eerste bijeenkomst is op dinsdagochtend 4 oktober, kijk hier voor meer informatie.
Als voorproefje:
HOERA! DE HERFST KOMT
De roodkoperen kont van de kunst
wordt door velen gekust,
zo komen ook op de 60watts gloeilamp
vliegen en torren af bij myriaden
denkend: waar ’t licht is is ’t lekker
De schrik van de torren ontlaadt zich
in minuscule stipjes, hun altaren
die zij bouwen op het glas van de gloeilamp
Hoera! de herfst komt! veel duister
veel lampen veel vleugelslag
Lezer onder je gloeilamp hef je hoofd op:
de trekvogels gaan, de uiltjes komen
Uit Boerengedichten [1969] van Habakuk II de Balker